vrijdag 7 januari 2022

31. The Surge (2017)

"Will I be part of something new? Eternal, one with the consciousness?"

De grote uitdaging om iets zinvol over The Surge te vertellen bestaat erin om dat andere spel niet te vernoemen. Dat spel dat volgens de legende de fundamenten heeft gelegd waaruit games als The Surge zijn kunnen ontstaan. De basisingrediënten zijn natuurlijk wel altijd hetzelfde: een anonieme held loopt rond in een verwarrende en deprimerende wereld waar zelfs de kleinste tegenstander uitermate dodelijk kan zijn, waar uithoudingsvermogen en wegspringen belangrijker zijn dan terugslaan, waar ervaring verloren kan gaan als ze niet tijdig gebruikt wordt op speciale plaatsen en waar schier onmogelijke eindbazen het uiterste van spelers hun vermogen vergen om knoppen in te drukken. “Soulslike” worden dit soort games genoemd. In het Engels is dat een neologisme, maar opmerkelijk genoeg kennen we in het Nederlands het woord al lang. Zielig heet dat hier en hoewel het een adjectief is met een negatieve connotatie, hoeft dat voor Uberkamper geen reden te zijn om het niet te gebruiken. Als Zielig een geuzennaam is voor games die spelers tot het uiterste drijven, dan is The Surge onmiskenbaar een heel zielig spel (nogmaals zonder de bijhorende negatieve connotatie).

Naast al het vorige is het meest onderscheidende kenmerk van zielige games natuurlijk dat ze de ‘flow’ - een soort ideaal evenwicht tussen voldoende uitdaging en teveel frustratie - volledig uit verband trekken. De moeilijkheidsgraad ligt met andere woorden bijzonder hoog, maar in tegenstelling tot wat marketeers en andere ondode managers al jarenlang aan ontwikkelaars wijsmaken, bestaat er wel degelijk een publiek van gamers die graag altijd hetzelfde opnieuw proberen om telkens ook weer grandioos te falen. Falen kweekt tenslotte ruggengraat en frustratie leidt naar moed en doorzettingsvermogen. Geen groter gevoel van voldoening dan wanneer de uitdaging schijnbaar onoverkomelijk was. Geen hechtere gemeenschap dan die van uitverkorenen die moeizaam uit de krabbenmand van verweekte gelegenheidsgamers hebben weten te kruipen.

Dat het niet eenvoudig is om het oude achter zich te laten weten ze bij ontwikkelaar Deck 13 maar al te goed. Voor het aan The Surge begonnen, maakte het namelijk al eerder Lords of the Fallen, een degelijk spel dat er evenwel niet in slaagde om de mottige bruine kerkers en slechtgezinde demonen achter zich te laten. In The Surge daarentegen speelt alles zich af in een kleurrijke fabriek vol op hol geslagen robotten en een artificiële intelligentie voor wie mensen weinig meer dan rondlopende grondstoffen betekenen.

Uberkamper mocht alvast in de huid kruipen van een zekere Warren, de kluns van dienst, die zich aanmeldt als nieuwe werknemer, maar net even buiten westen was bij het aanpassen van zijn verplichte exoskelet wanner de volledige fabriek platgaat door een piek in de elektriciteit. Hij ontwaakt op de schroothoop van de instelling met een half defect exoskelet en een kromme loden pijp om wat kleiner robottuig van zich af te slaan. Tijd voor Warren dus om beleefd even in het hoofdbureau te gaan vragen of er mogelijk sprake is geweest van een kleine vergissing.

Al snel blijkt evenwel dat zowat alles en iedereen last heeft van een opgesmoorde microchip in de hersenen en gratuit geweld de enige uitweg uit deze puinhoop vormt. Daarbij heeft Deck 13 een bijzonder motiverend systeem bedacht. Het is namelijk mogelijk om afzonderlijke ledematen van tegenstanders te viseren en deze vervolgens met een welgemikte slag af te hakken. Afgehakte robotdelen zorgen voor bouwplannen en grondstoffen om betere exoskeltten te bouwen. Wapens waar afgehakte armen nog aanhangen zijn door Warren te hergebruiken, zodat deze uiteindelijk - als in een komische opera - robotten met hun eigen armen neerklopt. De wetenschap dat iedere verkeerde beweging de laatste kan zijn, wordt plots veel minder grimmig als een goed uitgevoerde beweging een gepantserde hazmathelm of een nieuw plasmazwaard kan opleveren. Het helpt hierbij zeker ook dat de kampvuren medbays van The Surge het nummer ‘Prisoner’ van Sturmfol op repeat hebben staan. Het is een prachtige melancholische Song die verhaal en sfeer van het spel perfect ondersteunt en het ultieme bewijs dat een goede soundrack eigenlijk maar één nummer nodig heeft.

Gemiddeld doen gamers er 25 uur over om The Surge door te spelen. Hoewel Uberkamper echt zijn beste heeft zitten doen, kostte het hem uiteindelijk toch een pak meer uren alvorens de allerlaatste zotte robot terug naar de plaats werd geklopt waar alle moederborden heen gaan als ze sterven. Het zal wel een kwestie van gebrek aan talent en reflexen zijn, maar het neemt zeker niet weg dat de voldoening om The Surge uit te spelen erg groot was. De wereld behoort aan de doorzetters en hoewel Uberkamper niet van zijn bureaustoel is geweken en hoogstens wat knoppen heeft ingedrukt, mocht hij toch even het gevoel hebben dat hij tot die selecte kring van mensen behoorde die iets bereikt hebben in het leven. Alleen al daarvoor moet hij Deck 13 dankbaar zijn.

Het verhaal van The Surge is goed genoeg om boeiend te blijven tot het einde, maar vooral interessant zijn de twee DLC’s die daarna verschenen. Een ervan brengt Warren in een op hol geslagen pretpark waar volledig van de pot gerukte animatronics hem naar het leven staan. Bobbejaanland zal voor Uberkamper nooit meer hetzezelfde zijn. De andere heeft bizar genoeg het Wilde Westen als thema, maar dan eveneens tot de nok toe gevuld met allerhande robottuig. In vergelijking met de triestige DLC die sommige andere games meekrijgen is The Surge op dit gebied een lichtend voorbeeld te noemen. En voor wie er niet genoeg van kan krijgen is deel twee inmiddels ook al op de markt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten