dinsdag 14 juni 2022

34. Snowrunner (2020)

Off-road simulators zijn games die spelers uitnodigen om met allerhande rollend materieel en bijhorende vracht moeizaam door kniediepe modder, zand of rivierbeddingen te rijden. Het oudste min of meer serieuze voorbeeld in dit genre was het spel Spintires uit 2014, maar mogelijk kwam de inspiratie voor dit soort games van de eerste Mass Effect, waar het rijden met de Mako op allerhande planeten ook onbedoeld die kenmerkende mix van uitdaging en frustratie evoceerde. Voordien was elk spel dat off-road rijden simuleerde een race- of rallyspel, maar Spintires creëerde een nieuw genre door de uitdaging niet te laten bestaan uit snelheid, maar uit het vermogen om hoegenaamd het einddoel te bereiken over, langs en door allerhande brutale obstakels en natuurgeweld.

Eigenlijk ging Uberkamper het hier hebben over Mudrunner, de directe opvolger van Spintires. In de off-road wereld rijden namelijk veel “Billy Big Riggers” rond die beweren dat het wat minder toegankelijke Mudrunner een spel is voor mannen die van physics houden en het later verschenen Snowrunner een wat vlotter wegspelende versie voor kinderen die van graphics houden.

Helaas herinnert Uberkamper zich Mudrunner vooral als een uitermate bruin en mistig spel waarin beige vrachtwagens middels een wat omslachtige bediening tergend traag door het landschap kropen, om uiteindelijk helemaal niks te bereiken. Snowrunner heeft in deze troosteloze modderpoel inderdaad een upgradesysteem in gestoken en het allemaal wat toegankelijker gemaakt. Het resultaat is alvast een kleurrijke en afwisselende zandbak geworden waarin Uberkamper zich kostelijk heeft geamuseerd. Misschien worden graphics wel belangrijk als het acht minuten duurt om 100 meter door een rivier te rijden. Aan die snelheid mag er onderweg wel iets meer te zien zijn dan honderd tinten bruin en Snowrunner slaagt er voortreffelijk in om de juiste sfeer te scheppen. Mistige ochtenden gaan over in felle middagzon, goudgele avondschemer en maanverlichte nachten waarin koplampen alles doen oplichten. Ook de bosrijke natuur en verweerde gebouwen en machines tonen een omgeving waarin mensen nog moeten werken voor hun dagelijks onderhoud. Af en toe kon Uberkamper zweren dat hij de geur van zilte modder, sparrenbossen en mazout kon ruiken.

Een ander voordeel van Snowrunner is dat het ook in co-op kan gespeeld worden. Het is tof in normale omstandigheden om twee ladingen boomstammen tegelijk door een modderige boswegel te rijden, maar vooral bij onvermijdelijke calamiteiten als vastgelopen of omgekantelde camions, platte banden, een lege mazouttank of vracht die vijftig meter diep in een ravijn is geschoven, maakt een tweede chauffeur een wereld van verschil. Kortom, op een paar obscure Russische tractors na zijn er eigenlijk nog maar weinig redenen om het oude Mudrunner te spelen. Het is nu eenmaal kenmerkend voor dit soort games dat ze soms worden ingehaald en achtergelaten door hun opvolgers, alle opschepperij over betere physics ten spijt.

Naast een gevarieerd wagenpark met Amerikaanse en Russische camions schittert Snowrunner vooral met een enorm uitgestrekte spelwereld. Alle missies in Michigan - het eerste gebied - volbrengen kostte Uberkamper 80 uur. Het grootste deel hiervan diende hij de rechtertrekker van zijn controller ingedrukt te houden om gas te geven, wat ook sportief geen onaanzienlijke prestatie is. Het spel krijgt nog steeds updates en kent momenteel al vijf of zes van dit soort gebieden, elk met een eigen thema en uitwerking. De meeste opdrachten zijn ook redelijk logisch. Vaak gaat het om afgelegen gebieden bevoorraden of vastgelopen materieel terug lostrekken.

Een vracht wegbrengen of ophalen kost tijd, maar de essentie van Snowrunner bestaat zoals het leven zelf in het onderweg zijn. Sommige racefanaten schaffen zich een stuur en pedalen aan om hun rijkunsten optimaal te virtualiseren. Voor Uberkamper (die volgens zijn onmiddellijke omgeving al een beetje de lichaamsverhoudingen heeft van een vrachtchauffeur die zijn zittend beroep combineert met iets teveel hamburgers), volstond het om zijn snor te laten staan en voor elke sessie een thermos koffie te zetten met twaalf klontjes suiker. Ook een transistorradio met Trucker Country Hits is een betere aankoop voor dit spel dan plastieken pedalen onder de bureaustoel. Jammer dat er in het spel geen budget meer was om het opladen of afleveren van vracht te animeren met een redneck in houthakkershemd die uit een scheef kot komt gewandeld om de kraan te bedienen. Het zou het ideale moment zijn om een beker koffie uit te schenken.

Wat wel opvalt zijn de littekens die de mens in de wereld van Snowrunner door het landschap heeft getrokken. Bossen worden doorkruist door lelijke moddersporen. Hellingen liggen er verminkt bij nadat er een strook slechte asfalt doorgetrokken werd. Een steengroeve ligt als een gigantische open wonde in het landschap en overal steken de stompen van afgezaagde boomstammen boven de sneeuw of modder uit. De opdrachten die Uberkamper mocht uitvoeren gingen over het heropstarten van olieboringen of houtindustrie in wat toch echt wel duidelijk ecologisch kwetsbaar gebied is. Soms wordt expliciet melding gemaakt dat het om publiek terrein gaat waar vervuilende trucks karren met mazout, olievaten en stalen balken laten aanrukken om iets van zware industrie op poten te zetten.

Uberkamper heeft er geen idee van of dit een politieke statement is of gewoon fan-service van de makers van dit spel aan de off-roading community, die er waarschijnlijk niet van verdacht kan worden om veel sympathie te hebben voor milieubehoud of godbetert het tegengaan van klimaatverandering. Misschien is Snowrunner al dan niet bedoeld het meest politieke spel dat momenteel op de markt is. Of misschien volstaat het gewoon om vast te stellen dat het ook op dit gebied een realistische  simulatie is. Zeker is dat boomknuffelaars die een abonnement hebben op Natuurpunt beter wegblijven van Snowrunner. Het is nu eenmaal moeilijk rijden met tranen in de ogen bij het zien van zoveel verwoesting.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten